LibreOffice 7.1 Help
Wijst de sneltoetsen voor opdrachten of LibreOffice commando's of LibreOffice Basic-macro's toe of bewerkt deze.
U kunt sneltoetsen voor de huidige toepassing of voor alle LibreOffice-toepassingen toewijzen of bewerken.
Een sneltoets toewijzen of wijzigen: selecteer een opdracht in de lijst Functie, selecteer de toetscombinatie die moet worden toegewezen in de lijst Sneltoetsen en klik vervolgens op Aanpassen.
Als de geselecteerde functie al een sneltoets heeft, wordt deze weergegeven in de lijst Toetsen. Het is mogelijk om dezelfde functie aan meer dan één toets toe te wijzen.
Wijs geen sneltoetsen toe die momenteel door uw besturingssysteem worden gebruikt.
Geeft een overzicht van de sneltoetsen en de bijbehorende opdrachten.
Geeft de functiecategorieën en de LibreOffice-functies weer waaraan u sneltoetsen kunt toewijzen.
Geeft de beschikbare functiecategorieën weer. Wanneer u sneltoetsen op opmaakprofielen wilt toepassen, opent u de categorie Opmaakprofielen.
Geeft een lijst van functies die aan een sneltoets kunnen worden toegewezen.
Geeft de sneltoetsen weer die aan de geselecteerde functie zijn toegewezen.
Geeft de sneltoetsen weer die bij alle LibreOffice-toepassingen voorkomen.
Geeft de sneltoetsen voor de huidige LibreOffice-toepassing weer.
Wijst de toetsencombinatie die in de lijst Sneltoetsen is geselecteerd, toe aan de opdracht die in de lijst Functie is geselecteerd.
De geselecteerde elementen verwijderen zonder een bevestiging te vragen.
Vervangt de configuratie van de sneltoets door een eerder opgeslagen configuratie.
Slaat de huidige configuratie van de sneltoets op, zodat u deze later kunt laden.
Gewijzigde waarden opnieuw instellen op de standaardwaarden.